









”Everything I own is just a little broken”.
Staande achter haar contra-bas verschuilt zij zich allerminst…
Het vraagt moed het meest persoonlijke van jezelf toe te vertrouwen aan anoniem publiek. Dat Telisha Williams daarover beschikt lijdt geen twijfel: in een aantal nummers van “Radiant” , hun tweede album, verhaalt zij van seksueel misbruik in haar kindertijd. Dat het pad naar openheid niet over rozen is gegaan, voelt u op uw klompen aan. Zij heeft ervaren dat zwijgzaamheid en geheimzinnigheid geen constructieve bijdrage leveren in de verwerking ervan.
“Zonder Lucinda (Williams) zou dat wat wij doen niet mogelijk zijn geweest” zegt Telisha over hun werk. Het levert rauwe alt.country op waarbij de nummers op “Radiant” vaak een co-writer kennen. De woorden voor het ontroerende titelnummer zijn bijvoorbeeld aangedragen door de amper 12-jarige Mariah Moore. Het maakt de songs prettig gevarieerd.
Op de “Old Fiddlers Convention “in Galax kocht Telisha haar upright bass, het instrument waar ze naar eigen zeggen “naar toe werd gezogen”. De elektrische gitaar domineert op “Radiant”; in tegenstelling tot hun eerste, door Ray Kennedy (Steve Earle) geproduceerde, plaat. (“Things that used to shine”.) Naast Ray is John Prine bewonderaar.
De videolink onderaan de pagina laat zien en horen waarom.
Het echtpaar Williams legt de 22e november hun countryziel bloot zonder dat dit ontaardt in zoetsappigheid of een zwaar gemoed. Geloofwaardige countrysoul op zijn best.
Ps. Hun akoestische laatste plaat –“Galax”- opgenomen Augustus jl. met vrienden (Fats Kaplan, Will Kimbrough o.a.) in de schuur van de vader van Doug hebben ze vast bij zich…
(http://www.wildponies.net/galax/)
Telisha Williams: Upright bass and vocals.
Doug Williams: Guitars and vocals.
Katie Marie: Percussion and other instruments
